verdegaalHet laatste blogje over dit nieuwe boek Waar doen ze het van? van Verdegaal, en wel naar aanleiding van de commotie over de brief van Jet Bussemaker.

De analyse van Verdegaal en Bussemaker raken aan elkaar. Bussemaker zegt, net als Verdegaal, tegen vrouwen: zorg dat je financieel onafhankelijk bent, zorg dat je verder kunt als er een financiele tegenslag gebeurt, als je huwelijk op de klippen loopt. Zorg dat een gezin niet drijft op het inkomen uit een baan.

De oplossing van Verdegaal en Bussemaker is verschillend. Bussemaker wil iedereen aan een betaalde baan. Maar er zijn er zoveel zoals mij, die het niet echt meer lukt een goede carriere op te bouwen, omdat het leven anders is gegaan dan gepland. Er worden om me heen steeds meer mensen ontslagen. Deels omdat het economisch tegen zit, en die banen zullen wel weer terugkomen straks (maar dan voor een volgende generatie) als de bouw aantrekt bijvoorbeeld. Maar deels ook omdat werkprocessen veranderen, werk naar het buitenland wordt verplaatst, werk digitaal door minder mensen kan worden gedaan, alles steeds goedkoper en efficienter moet met minder mensen. Die banen komen niet terug.

Bussemaker kan wel stellen dat we massaal aan de volledige werkweek moeten, maar waar wil ze de banen vandaan halen?

Dan geloof ik meer in Verdegaal. Zorg dat je financieel zelfstandig bent ook als je geen goed betaalde baan hebt. Wees niet te afhankelijk van je inkomen uit een baan, want als de baan wegvalt, moet je ook nog verder kunnen leven. Daarom, zegt Verdegaal, wees creatief, verzin andere bronnen van inkomen. Rijken hebben de beste vorm van inkomen: geld verdienen met eigen bezit. Dus zorg dat je genoeg bezit, spaargeld, aandelen, een bedrijf.

Dit klinkt als te ver van ons bed, te Amerikaans, te risicovol. Maar het gaat haar erom dat de meesten van ons anders naar geld moeten leren kijken. Dat we inventiever moeten zijn en meer moeten durven. Dat we ons uit elke situatie moeten leren redden, dat we niet moeten rekenen op de overheid, dat het niet zeker is dat de bijstand of ons pensioen er straks nog is, dat de verzorgingsstaat alleen maar verder afneemt. Dat we het zelf moeten kunnen en onze kinderen dat ook moeten leren.

Veel van haar adviezen zijn heel degelijk: ga geen kredieten aan en zeker niet voor consumptiedingen en reizen. Los je hypotheek zo snel mogelijk af. Zorg dat je niet oververzekerd bent, dat je niet teveel betaalt voor energie en zorgkosten. Zet je geldzaken op een rijtje, leer zelf hoe je financien in elkaar steken, leer beleggen, leer hoe de belasting werkt, weet wat je hebt en maak een financieel plan. Concentreer op wat je overhoudt en niet op wat er aan geld binnen komt. Leef zuinig, geef geen geld uit dat je niet hebt en doe geen onzinuitgaven en miskopen. Voed je kinderen op in geldzaken. Investeer in jezelf, doe dingen die goed voor je zijn en weinig kosten: niet roken en drinken, veel sporten, doe een cursus.

Haar slotzin is: “Als je jezelf na elke tegenslag kunt redden, ben je echt rijk.”

Ik vind het een goed boek, en zal het zeker zo nu en dan uit de kast trekken om me bij de les te houden.

Vorige blogje over dit boek.