Gisteren heb ik mijn eerste 7 potten bramenjam van dit jaar gemaakt. Beetje laat, er zijn al weken lekkere bramen, maar ik was wat anders aan het doen.

Als onderdeel van mijn jaarritme maak ik elk jaar in augusuts 26 potten gewone basisjam van bramen, vlierbessen en valappels. Zoons eten veel en vinden deze basisjam lekker: zoet, fris en veel.

Daarnaast maak ik ook meestal een paar extra lekkere bijzondere jammetjes, maar die tel ik niet mee voor deze voorraad.

In augustus is mijn keuken dus tijdelijk een  jamfabriek. Ik begin met het uitzoeken van potten en deksels. Ik bewaar alleen glazen potten met het standaardformaat klikdeksel, de rest doe ik weg. Ik tel 26 potten en 26 goede deksels af. Deksels gaan nog wel eens roesten, dus meestal is dat even zoeken. De gekozen potten en deksels was ik af, kook uit, zet te drogen, en verzamel ik in plastic voorraadbakken met deksel. Anderen maken de potten op een andere manier schoon, maar dit werkt voor mij.

Ook de andere benodigdheden zoals tang, lepels en trechter zoek ik uit en maak ik schoon.  Verder koop ik zo nodig nieuwe gele huishouddoekjes, etiketten en 4 kilo suiker.

Als dat allemaal klaar is kan ik bramen plukken en appels rapen (in de uiterwaarden staan veel oude fruitbomen van voormalige boerderijen) en straks vlierbessen plukken op het moment dat ik zin heb en het lekker weer is. Het moet leuk blijven, een kilo bramen verwerken per keer vind ik meer dan genoeg. Het jam maken zelf is een half uurtje werk. Een kilo bramen of vlierbessen plus een pond appels plus een kilo suiker maakt 7 potten jam.

Trots keek ik gisteravond naar mijn eerste rijtje potjes jam.

Meer tips over wildplukken, sprokkelen en gratis genieten in mijn boek Sprokkelen!