Ik lees een boeiend stuk over de digitale kloof tussen generaties: ouderen zijn als immigranten in de digitale cultuur.

Als gezinnen zich elders vestigen, omarmen eerst de kinderen de nieuwe cultuur. Dit gaat echt van jong naar oud: jonge kinderen het eerst, hoe ouder des te later en met meer moeite. Door kinderen wordt de nieuwe cultuur al snel gewoon gevonden. Hun ouders hebben daar veel meer moeite mee, houden vast aan hun oude cultuur, passen noodzakelijke en goede aspecten van de nieuwe daarin en vinden uiteindelijk een mengvorm. Jongeren maken ouderen wegwijs in de nieuwe cultuur in plaats van andersom. Dit is een bekend fenomeen en het kenmerk van een immigrantencultuur.

En zo, lees ik, is de digitale samenleving ook een immigrantencultuur. Hoe waar en hoe herkenbaar. Mijn kinderen zijn geboren met een computer in hun hoofd. Voor mij blijft het altijd een aangeleerd fenomeen zoals een tweede taal.

“Help, hij doet het niet” riep ik net vertwijfeld uit omdat deze laptop niet deed waarvoor hij gekocht is. Zoon 2 of 3 heeft het in 10 tellen opgelost. Zo handig als zij zal ik er nooit in worden. Ik ben een immigrant in de digitale cultuur.